Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Werk samen met ons en andere gemeenten aan het warmteprogramma met het NPLW ondersteuningsaanbod

(navigeer onderaan naar de 6 stappen van het warmteprogramma)

“In welke wijken is een warmtenet kansrijk? Wanneer maakt elke wijk de overstap naar aardgasvrij? Welke partijen betrekken we in het traject? Krijg ik als gemeente hulp bij het opstellen van het warmteprogramma?” (op die laatste is het antwoord ja!)

Het warmteprogramma is de laatste kans voor realiseren van warmtenetten

Het warmteprogramma is hier. In elke gemeente moet eind 2026 het warmteprogramma vastgesteld zijn door de Burgemeester & Wethouders*. Daarom is het slim om nu al te beginnen. In het warmteprogramma biedt de gemeente duidelijkheid en handelingsperspectief voor haar inwoners, ondernemers en professionele stakeholders. Het programma geeft helder weer welke wijken wanneer van het aardgas af gaan, en welke aardgasvrije warmteoplossing de voorkeur heeft in elke wijk. Deze ronde warmteprogramma’s is de laatste kans om gebieden met potentie voor collectieve warmte vast te stellen; wanneer de gemeente hier deze ronde warmteprogramma niet aangrijpt, zullen verschillende gebouw- en woningeigenaren de komende vijf jaar het individuele pad kiezen. Dit doet de businesscase voor warmtenetten in deze gebieden de das om. Ook dwingt het programma de uitvoeringsstrategie van de gemeentelijke warmtetransitie vorm te geven: met welke acties halen we onze doelstellingen, welke uitvoeringsorganisatie hoort hierbij en welke middelen zijn daarvoor nodig?

_{*Aanname hier is de inwerkingtreding van de Wet (Wgiw) en het Besluit (Bgiw) gemeentelijke instrumenten warmtetransitie waardoor het warmteprogramma als verplicht programma met de inhoudelijke en procesmatige verplichte onderdelen geldt.}

Van elkaar leren met het NPLW ondersteuningsaanbod

Elke gemeenten staat voor deze opgave, dus laten we van elkaar leren en vooral NIET overal het wiel opnieuw uitvinden. Daarom biedt het NLPW een ondersteuningsaanbod aan álle gemeenten in Nederland. In dit ‘Ondersteuningsaanbod Warmteprogramma’ word je als gemeente stapsgewijs begeleid in het opstellen van het warmteprogramma. We werken toe naar een ontwerp-warmteprogramma dat eind 2025 gereed is voor besluitvorming. Per provincie organiseren we 6 fysieke bijeenkomsten met huiswerkopdrachten en 5 digitale leerkringen. Je werkt nauw samen met andere gemeenten en ook regelmatig met partners zoals de netbeheerder en woningcorporaties. Meld je nú aan voor het ondersteuningsaanbod en ga in januari vliegend van start met het maken van het warmteprogramma voor jouw gemeente!

Aanmelden kan via de link hieronder tot 6 december.

Leer meer op het Regionale Energiecongres op 13 november

En ja, je leest het goed; wij – De WarmteTransitieMakers – organiseren namens en samen met het NPLW dit ondersteuningsaanbod warmteprogramma. We zijn hier enorm trots op en kijken ernaar uit. Dit IS de missie van De WarmteTransitieMakers: het versnellen van landelijke en lokale warmtetransitie door kennisdeling en zo werken aan: ‘Duurzame warmte voor iedereen!‘

Wil je meer weten over het ondersteuningsaanbod en onze rol daarin? Morgen, 13 november, geven wij een toelichting op het aanbod op het Regionale Energiecongres in ronde drie (15:00-16:00), in de sessie van het NPLW: ‘Aan de slag met het Warmteprogramma: ondersteuningsaanbod en handreiking’

Wil je meer weten?

Kun je niet wachten en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Of heb je nog vragen? Intelligent! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Dit is stap 6: Organisatie en inpassing in Omgevingswet

(navigeer onderaan naar de vorige en volgende stappen)

Hoe gaan we om met collectieve warmte? Wat mogen inwoners, ondernemers en professionele partijen van de gemeente verwachten? Wat is de benodigde capaciteit van de gemeentelijke organisatie om de gestelde doelen te behalen?

Welke strategie voor uitvoering past bij de gemeente?

In deze stap bepalen we welke uitvoeringsstrategie de gemeente het beste past.  Daarnaast maken we de koppeling met de omgevingsvisie en omgevingsplan bij het opstellen van het warmteprogramma om in de toekomst gebruik te kunnen maken van de aanwijsbevoegdheid. We schrijven en leveren het programma aan zodat deze rechtstreeks ingevoerd kan worden in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Stap 6: Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Nu we weten hoe we de warmtetransitie gaan aanpakken, vertalen we voorkeuroplossing en fasering per wijk naar handelingsperspectief voor inwoners, ondernemers en professionele stakeholders inclusief de rol die gemeente daarin heeft. We brengen de stappen in kaart die de gemeente neemt voor het realiseren van collectieve warmte. Zo bepalen we de benodigde capaciteit van de gemeentelijke organisatie en de meest passende uitvoeringsstrategie om de gestelde doelen te behalen. Dit alles draagt bij aan een uitvoerbaar warmteprogramma.

Daarnaast maken we de koppeling met de omgevingsvisie en omgevingsplan bij het opstellen van het warmteprogramma. Wil de gemeente met een (wijk)uitvoeringsplan gaan werken? Waar moet dat aan voldoen en waar belandt dit in het warmteprogramma zodat we in de toekomst gebruik kunnen maken van de aanwijsbevoegdheid (motivatie wijzigen omgevingsplan).

Resultaten

• Benodigde capaciteit gemeentelijk team voor uitvoering warmtetransitie
• Goed uitvoerbaar warmteprogramma
• Rol gemeente in ondersteuning inwoners, ondernemers en professionele stakeholders naar aardgasvrije wijken
• Samenhang tussen verschillende instrumenten Omgevingswet
• Teksten gereed voor het Digitaal Stelsel Omgevingswet

Wil je meer weten?

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod warmteprogramma’s!

Kun je niet wachten tot onze volgende post en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? ingenieus! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Selectie van de plaat: aardgasvrij met de omgevingswet.

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Dit is stap 5: participatie-strategie

(navigeer onderaan naar de vorige en volgende stappen)

“Hoe enthousiasmeren we onze inwoners? Betrekken we ze actief in het opstellen van het warmteprogramma? Of pas daarna? Hoe gaan we om met bestaande buurtinitiatieven? Wat is wettelijk verplicht binnen het Warmteprogramma? Welke professionele stakeholders betrekken we?”

Hoe willen we inwoners en professionals betrekken?

Het is belangrijk om aan het begin van jouw warmteprogramma al stil te staan bij deze vragen. We kunnen een heel mooi programma maken, maar uiteindelijk zijn het de inwoners die achter de keuzes moeten staan! Zij investeren in het isoleren van hun woning en/of gaan akkoord met het aansluiten op het te realiseren warmtenet. Ook de professionele stakeholders moeten hiervoor aan boord zijn!

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Stap 5: participatie-strategie

Afhankelijk van de voorkeur in jullie gemeente zal deze stap eerder aan bod komen in het stappenplan Warmteprogramma. We richten deze stap samen naar wens in: alleen de wettelijk verplichte elementen of een uitgebreid participatie-traject met inwoners en professionele stakeholders. Welke factoren vinden zij belangrijk om af te wegen in het maken van de keuzes? We betrekken mooie buurtinitiatieven en enthousiaste wijkambassadeurs in onze planvorming. Zo gebruiken we de lokale kennis en creëren we bewustwording onder een brede groep.

Resultaten

• Strategie bepaald voor het wel/niet betrekken van inwoners tijdens het opstellen
• Bekend met wettelijke verplichting participatie binnen het programma
• Heldere en concrete aanpak participatie na vaststelling voor bewoners en stakeholders

Wil je meer weten?

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod warmteprogramma’s!

Kun je niet wachten tot onze volgende post en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Gaaf! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Dit is stap 4.

(navigeer onderaan naar de vorige en volgende stappen)

“Waar moeten we als eerste aan de slag? Is onze planning in lijn met die van de netbeheerder en de woningcorporaties? Wat zijn de ontkoppel-risico’s? Wat worden onze warmtekavels?”

Bepalen van een goede volgorde

Alle clusters in de gemeente worden ingedeeld in tijdsblokken. In detail tot 2035 met een doorkijk naar 2050. Een visueel overzicht geschikt voor publicatie in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Vanuit de vorige stap weten we wat technisch haalbaar is, maar is het ook voor iedereen uitvoerbaar in de tijd?

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Stap 4: aanbrengen van fasering

Met de resultaten uit stap 3 kunnen we aan de slag met de fasering tot 2050. Bij interne en externe stakeholders halen we input op die de fasering beïnvloedt. Dit verwerken we tot een helder toekomstbeeld voor inwoners en ondernemers, we willen hen niet remmen in hun initiatieven en bereidheid om nu stappen te zetten. Na deze stap weten we: wat zijn de startwijken? Wat worden onze warmtekavels? Waar moet de netbeheerder als eerste aan de slag met netverzwaring? Wat is de meest logische plek om te starten met aquathermie?

Resultaten

• Warmteoplossing per cluster tot minimaal 2035 (eis) & doorkijk naar 2050
• Fasering afgestemd met o.a. netbeheerder
• Aanpak voor toewijzing warmtekavels
• Handelingsperspectief voor inwoners en ondernemers

Wil je meer weten?

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod warmteprogramma’s!

Kun je niet wachten tot onze volgende post en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Scherp! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Voorbeeld van een ingevulde faseringkaart voor een warmteprogramma; De arcering geeft aan in welke jaren elke wijk aangepakt gaat worden.

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Dit is stap 3.

(navigeer onderaan naar de vorige en volgende stappen)

“Waar is het logisch om een warmtenet te ontwikkelen? Waar niet? En wat wordt onze aanpak voor de landelijke gebieden nu groen gas en waterstof niet meer beschikbaar is?”

Een overzicht van geschikte warmteoplossingen

Een duidelijk overzicht van geschikte warmteoplossingen per gebied. Op een eerlijke en navolgbare manier onderbouwd in overleg met belanghebbenden. Ondersteund met sterke technische analyses van beschikbare bronnen, warmtevraag en impact op de infrastructuur.

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Stap 3: voorkeursoplossing & impact op infrastructuur

Nu we inzicht hebben in de (tussen)doelen kijken we geografisch naar de gemeente. We bepalen samen de uitgangspunten door middel van een afwegingskader. Dan starten we een eerste technische analyse waarin logische clustering, bronnen, isolatieopgave en huidige en toekomstige warmtevraag in kaart wordt gebracht. Deze analyse verfijnen we gezamenlijk waarna we toewerken naar de definitieve clustering en voorkeursoplossing per gebied. Criteria als impact op het elektriciteitsnet; Totale Nationale Kosten (TNK) en Total Cost of Ownership (TCO) staan hierin centraal.

Resultaten

• Voorkeursoplossing per gebied
• Breed gedragen afwegingskader met heldere uitgangspunten
• Analyse van logische clustering & warmtebronnen
• Huidige & toekomstige warmtevraag in beeld
• Impact op elektriciteitsnet per warmteoplossing

Wil je meer weten?

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod warmteprogramma’s!

Kun je niet wachten tot onze volgende post en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Pienter! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Voorbeeld van een ingevuld afwegingskader voor een warmteprogramma; Vier mogelijke warmteoplossingen zijn gescoord op meerdere criteria en tegen elkaar uitgezet.

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Dit is stap 2.

(navigeer onderaan naar de vorige en volgende stappen)

“Welke doelen hebben wij onszelf gesteld? Zijn deze realistisch? Concreet? Uitlegbaar?”

Meetbare doelen leidt tot goed beleid

Heldere, meetbare doelen stellen leidt tot goed beleid. We bepalen duidelijke doelen voor isolatie en het opwekken van duurzame energie, uitgedrukt in woningaantallen. Iedereen kan zich een beeld vormen bij deze opgave en voelt de urgentie, van inwoner tot wethouder.

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Stap 2: Concrete doelen

We gaan de huidige doelen analyseren en omzetten naar concrete doelen in woningaantallen. Middels een workshop met het team creëren we inzicht in de totale opgave en wordt de urgentie helder. Wat is de totale besparingspotentie van de gemeente? Hoeveel woningen moeten we isoleren om onze (tussen)doelen 2035 te halen? En hoeveel van onze doelen worden behaald met huidig beleid? We voeren een GAP-analyse uit: hoeveel uitvoeringsplannen zijn er extra nodig om de doelen wel te halen?

Resultaten

• Concrete doelen in woningaantallen tot 2035 & 2050
• Totale besparingspotentie van de gemeente
• GAP-analyse: hoeveel moeten we doen bovenop het huidige beleid

Wil je meer weten?

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod warmteprogramma’s!

Kun je niet wachten tot onze volgende post en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Wijs! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Voorbeeld van doelen uit een warmteprogramma; uitgedrukt in aantal woningen gesorteerd op schillabel en bouwjaar

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen. Dit is stap 1.

(navigeer onderaan naar de vorige en volgende stappen)

“Hoe gaat het met het realiseren van de warmtetransitie binnen onze gemeente? Liggen we nog op de juiste koers? Hoe ver zijn we met onze doelen uit de TransitieVisieWarmte (TVW)?”

Leren van de TransitieVisieWarmte

Het is cruciaal om te weten wat de huidige stand van de warmtetransitie is. Deze evaluatie vormt de basis van een sterk warmteprogramma: wat doen we goed en wat kan er beter? Dit maakt het ‘programma van eisen’: ons gezamenlijke wensenlijst voor het nieuwe warmteprogramma.

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in Omgevingswet

Stap 1: Evaluatie TVW en huidig beleid

Om een goed fundament te leggen voor het nieuwe programma brengen we in kaart waar de gemeente staat. We analyseren de TVW en evalueren samen de stappen die zijn gezet. In de evaluatie hebben we specifiek aandacht voor de uitvoering en de resultaten tot nu toe. We halen intern en extern informatie op bij belanghebbenden door middel van gestandaardiseerde vragenlijsten. Samen met de lokale kennis van het gemeentelijk projectteam bepalen we het ‘programma van eisen’. Deze wensenlijst vormt de eerste schets van het warmteprogramma.

Resultaten

• Overzicht van huidige stand van warmtetransitie binnen de gemeente
• Uitgangspunten warmteprogramma helder

Wil je meer weten?

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod warmteprogramma’s!

Kun je niet wachten tot onze volgende post en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Verstandig! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Schematisch overzicht van het Warmteprogramma in de context van de Omgevingswet

Wil jouw gemeente ook haar visie over warmte vastleggen voor de volgende gemeenteraadsverkiezingen? Tot 13 november (De datum van het Congres Regionale Energie en Lokale Warmte) leggen we in een reeks berichten uit hoe wij het Warmteprogramma opbouwen in 6 stappen.

“Komt er een warmtenet in mijn buurt? Is het slim om nu te isoleren of kan ik beter nog even wachten?” Inwoners willen nú duidelijkheid en inspraak.

Het warmteprogramma biedt duidelijkheid

Samen met gemeenten bieden wij deze duidelijkheid in het warmteprogramma. Het geeft helder weer wat er tot 2035 gaat veranderen in de gemeente en biedt de laatste kans om collectieve warmteoplossingen te realiseren.

Dit programma legt ook de basis voor het verankeren van de gemeentelijke organisatie en het meekrijgen van het bestuur. Het is daarnaast de essentiële schakel tussen de andere kerninstrumenten onder de Omgevingswet.

In 6 stappen

Wij bouwen het programma op in 6 stappen:

1. Evaluatie TVW en huidig beleid
2. Concrete doelen in woningaantallen
3. Voorkeursoplossing & impact op infrastructuur
4. Aanbrengen van fasering
5. Participatie-strategie
6. Organisatie en inpassing in omgevingswet

Doe mee aan het NPLW ondersteuningsaanbod

Het NPLW organiseert een ondersteuningsaanbod warmteprogramma voor álle gemeenten van Nederland. Meld je vóór 6 december aan en ga in januari vliegend van start met het warmteprogramma in jouw gemeente!

Kun je niet wachten en wil je nu aan de slag met het warmteprogramma? Slim! Neem dan contact op met onze thema-trekker Pieter Jeen de Boer   

Schematisch overzicht van het Warmteprogramma in de context van de Omgevingswet

Bij De WarmteTransitieMakers en Greenvis werken we elke dag hard om de CO₂-uitstoot van de gebouwde omgeving terugdringen. Maar als bedrijf zorgen wij zelf natuurlijk ook voor CO₂-uitstoot, dit compenseren wij.

Met deze stappen verlagen wij onze CO₂-uitstoot

In 2021 hebben we als bedrijf een aantal doelen voor 2025 gesteld op het gebied van het kantoor, ons vervoer, en onze eigen woningen om deze uitstoot zo ver mogelijk terug te brengen. Een groot deel daarvan is al gelukt!

Zo is ons kantoor natuurlijk aardgasvrij, zo veel mogelijk gebouwd van duurzame materialen(hout) en wekken we onze eigen groene stroom op. Ook is de lunch op kantoor volledig vegetarisch, krijgen werknemers een volledige reisvergoeding voor het OV en een fietsvergoeding of Swap-fiets. Er zijn elektrische deelauto’s beschikbaar en we bouwen de reisvergoeding op fossiel vervoer sinds 2021 af naar €0,- in 2025. Hierdoor hebben we onze uitstoot weten te verlagen naar 28,5 ton CO2 per jaar, wat gelijk staat aan ongeveer 1,5 huishoudens. Daar zijn­­ we al heel trots op!

Zo berekenen wij onze CO₂-uitstoot

We hebben op basis van data van onder andere het PBL en Milieu Centraal (zie onderaan de volledige bronnenlijst) de grote bronnen van CO₂-uitstoot uitgezocht en uitgerekend. Eten, vervoer, spullen, en energieverbruik zijn de grootste bijdragers aan uitstoot (Milieu Centraal, z.d.), daarom hebben we die berekend voor ons bedrijf in het jaar 2023:

• Uitstoot energieverbruik:
  Ons kantoor is aardgasvrij, dus we hebben alleen elektriciteitsverbruik. Omdat wij onze eigen groene stroom opwekken is onze actieve uitstoot voor energieverbruik nagenoeg 0.

• Uitstoot fossiel reizen:
  We stimuleren fossiel-vrij reizen, maar natuurlijk is dat niet voor iedereen nu al mogelijk. In dit jaar hebben we 57.000 fossiele kilometers gereden voor ons woon-werk verkeer. Met een gemiddeld verbruik van 15km per liter benzine (ANWB, z.d.) is er dus 57.000/15= 3.800 liter benzine verbruikt. 1 liter benzine verbranden stoot zo’n 2,8kg CO₂ uit (Stimular, z.d.). Dus 3.800 liter *2.8 kg CO₂/l = 10.640 kg CO₂ per jaar.

• Uitstoot vegetarische lunches:
  De uitstoot van vegetarisch dieet van een gemiddelde Europeaan is 6,4 kg CO₂ per dag (PBL, 2012). We gaan er voor het gemak van uit dat de lunch 1/3 van het dieet is. Dus per lunch is de uitstoot 2.13kg CO₂. We eten gemiddeld op kantoor zo’n 120 lunch maaltijden per week. Dus 2.13*120 * 52 weken = 13.291 kg CO₂ per jaar.

• Uitstoot spullen:
  Welke spullen we verbruiken is lastig te berekenen, daarom hebben we gekeken naar het afval. Per week gooien wij gemiddeld 10 volle vuilniszakken weg. Een volle zak weegt ongeveer 6 kilogram. Eén kg afval zorgt voor zo’n 1.4kg CO₂-uitstoot (CE-Delft, 2016). Met 10 zakken per week van 6 kg is dat dus 1.4*6*10= 84kg CO₂ per week. * 52 weken = 4.368 kg CO₂ per jaar.

CO₂-uitstoot compenseren met Carbonkiller in plaats van bomen

Grof gezien stootten we afgelopen jaar dus zo’n 28,5 ton CO₂ uit per jaar als bedrijf. Volgens milieu centraal (z.d.) valt dat in de ordegrootte van 1,5 huishoudens. Niet slecht voor een bedrijf met bijna 50 medewerkers, maar we willen natuurlijk nog minder CO₂-uitstoot. Daarom zetten we komende jaren in op het nog verder terugbrengen van fossiel reizen en op het helpen verduurzamen van de woningen van onze werknemers.

De huidige uitstoot compenseren we. Hoe goed CO₂ compensatie methodes werken blijft een punt van discussie. Wij denken dat carbonkiller de meest praktische manier is om CO₂-uitstoot te voorkomen op andere plekken. Daarom kopen wij Europese CO₂-uitstoot rechten op, zodat andere bedrijven deze niet meer kunnen uitstoten.

Hoe werkt Carbonkiller en CO₂-uitstoot rechten (EU ETS)?

De Europese Unie (EU) verdeelt en verkoopt uitstootrechten (ETS) aan Europese bedrijven (Nederlandse Emissieautoriteit, 2023). Eén emissierecht geeft het recht om 1 ton CO₂ uit te stoten in dat jaar. Meer mag niet, tenzij dat bedrijf dan nieuwe emissierechten bijkoopt van een bedrijf wat uitstoot rechten over heeft. Of het kiest ervoor om maatregelen te nemen hun eigen uitstoot te verminderen.

Het totaal aantal rechten wat de EU verdeelt neemt ieder jaar een beetje af, om zo bedrijven te stimuleren om hun CO₂-uitstoot terug te dringen. Het is voor iedereen mogelijk om emissierechten te kopen. Ook voor ons als bedrijf dus, al vallen wij niet onder deze regeling.

Via Carbonkiller.org kopen wij dus emissierechten op uit de poel, zij vernietigen dit recht. Zo zorgen we ervoor dat deze CO₂ niet meer door andere bedrijven kán worden uitgestoten. Hoe goed CO₂ compensatie methodes werken blijft een punt van discussie, daarom houden we de ontwikkelingen in de gaten en blijven we afwegen wat de beste manier is om onze CO₂-uitstoot die we niet hebben kunnen vermijden, te compenseren.

Bronnenlijst

ANWB. (z.d.). Zo bereken je een eenvoudig de brandstofkosten | ANWB. Geraadpleegd op 2 juli 2024, van https://www.anwb.nl/auto/brandstof/brandstof-berekenen

CE Delft, Bijleveld, M., Bergsma, G., & Nusselder, S. (2016). Circulaire economie: een belangrijk instrument voor CO2-reductie. CE Delft. https://ce.nl/wp-content/uploads/2021/03/20160610_CE_Delft_2H81_Magazine_Final_NL.pdf

Milieu Centraal. (z.d.). Wat is je CO2-voetafdruk? Geraadpleegd op 1 juli 2024, van https://www.milieucentraal.nl/klimaat-en-aarde/klimaatverandering/wat-is-je-co2-voetafdruk/

Nederlandse Emissieautoriteit. (2023, 20 februari). Wat is emissiehandel? https://www.emissieautoriteit.nl/onderwerpen/wat-is-emissiehandel

Planbureau Voor de Leefomgeving (PBL). (2012, 19 december). Nederland verbeeld. https://www.pbl.nl/publicaties/nederland-verbeeld

Stimular. (z.d.). Milieubarometer. https://www.milieubarometer.nl/nl/co2-footprint/actuele-co2-emissiefactoren/

OMV helpt kleine organisaties met verduurzaming van vastgoed

Het Ontzorgingsprogramma Maatschappelijk Vastgoed (OMV) helpt vanuit de provincie Overijssel kleinere organisaties die één of meerdere gebouwen bezitten met verduurzamen. Deelnemers aan dit programma zijn onder meer buurthuizen, scholen, kerken en musea.

Een grote gemeente heeft meestal zelf voldoende medewerkers en budget om hun gebouwen te verduurzamen. Een kleine gemeente, een drukke directeur van een school of een stichting van 3 vrijwilligers die eigenaar zijn van een buurthuis, hebben vaak niet de expertise, menskracht of het budget om een groot gebouw te verduurzamen. Dan kan het OMV helpen. Wij maken onderdeel uit van het team van provincie Overijssel en met onze bijdrage van inhoudelijke expertise en procesbegeleiding uit hebben we al ruim 100 gebouweigenaren geholpen.

Van verkenning naar een duidelijk plan van aanpak

Deelnemers aan het programma doorlopen samen met een coach en facilitator van het OMV een aantal stappen om concrete plannen voor verduurzaming te maken. We beginnen met een ambitieworkshop, waarin we duidelijkheid creëren over hoe het gebouw wordt gebruikt, wat de wensen zijn en waar rekening mee gehouden moet worden. Daarna laten we een energiescan maken. De energieadviseur analyseert het gebouw en kijkt onder andere naar de isolatie, de energievraag en welke verduurzamingsmogelijkheden er zijn. Ook rekent de adviseur uit hoe duur bepaalde oplossingen zijn en wat ze opleveren. Na deze scan maken we samen een plan van aanpak. We kijken dan naar op welke termijn taken moeten worden uitgevoerd en maken een budgetplanning. Tot slot bieden we nog hulp met bijvoorbeeld het aanvragen van subsidies of het beoordelen van offertes

Naast de persoonlijke hulp voor gebouweigenaren hebben we ook een leergang voor gemeenten opgezet. In deze leergang gaan bestuurders en ambtenaren aan de slag met de verduurzaming van hun vastgoedportefeuille: één gemeente heeft al snel 20 tot 40 maatschappelijke gebouwen in bezit.

Met de leergang kregen gemeenten in 6 werksessies hulp bij de analyse van hun vastgoed. Zo hielpen we hen al hun vastgoed te bekijken en te inventariseren hoeveel gas er verbruikt wordt, wat de staat is van het gebouw en wat de plannen met het gebouw in de toekomst zijn. Als een sporthal bijvoorbeeld de komende jaren in gebruik blijft, maar in een bepaald jaar de ketel vervangen moet worden, is het handig om dán deze sporthal aan te gaan pakken. Op die manier kunnen de gemeenten een routekaart maken van welke gebouwen ze in welk jaar het beste kunnen aanpakken.

Een strak proces waarin we risico’s en effecten in kaart brengen

Een grote uitdaging is om gebouweigenaren te vinden en betrokken te houden. Het verduurzamen van hun vastgoed kan een lang traject zijn waar veel bij komt kijken. Dit doen ze vaak in hun eigen vrije uren. Daarom proberen we hen zo goed mogelijk te helpen en te ontzorgen door middel van een strak proces, waarmee we in korte stappen tot een plan van aanpak komen.

Het is ook erg belangrijk dat we de gebouweigenaar in staat stellen een keuze te kúnnen maken. Als kleine stichting bijvoorbeeld die op donaties loopt komen bij het verduurzamen van het gebouw vaak relatief hoge investeringskosten kijken. Dit soort investeringen doen kan erg spannend zijn. Het drukt een stempel op de begroting van de opvolgende jaren en brengt risico’s met zich mee. “Dit zijn flinke bedragen, wat zal het dorp er van vinden?”. Dit zijn reële vragen die aandacht verdienen.

Wij ondersteunen hierbij door zowel de subsidies als financieringsopties in kaart te brengen en door duidelijk te laten zien wat het financiële effect van bepaalde maatregelen op langere termijn kan zijn. Door duidelijkheid over de impact en risico’s te bieden, wordt de keuze om te investeren makkelijker en overzichtelijker.

Al 100 gebouweigenaren geholpen met verduurzamen

We zijn er trots op dat we al ruim 100 gebouweigenaren hebben geholpen met het in kaart brengen van de verduurzamingsopties, het opstellen van een plan van aanpak en het nemen van maatregelen. Een transitievisie warmte en een uitvoeringsplan van de gemeente laten vaak maatschappelijk vastgoed buiten beschouwing, maar plekken zoals gemeentehuizen, sporthallen, scholen of musea zijn heel belangrijk voor de buurten. Door te helpen om deze te verduurzamen, kunnen we ze tegelijk een voorbeeldfunctie geven. Buurtbewoners horen dat het buurthuis een warmtepomp krijgt en kunnen even langsgaan om te kijken en vragen hoe dat in zijn werk gaat.

Het Ontzorgingsprogramma Maatschappelijk Vastgoed heeft al vele gemeenten en gebouweigenaren geholpen, maar we blijven doorgaan met nieuwe contacten en projecten. Ook hopen we de doelgroep uit te bereiden om zo nog meer organisaties te kunnen helpen verduurzamen. Als DWTM zijn we trots om ook aan dit soort kleinere projecten bij te dragen, en daarmee onze kennis uit te bereiden naar diverse soorten gebouwen. Samen versnellen we de warmtetransitie!

In historische stadscentra is vaak veel meer mogelijk dan duurzaam gas als alternatieve warmteoplossing. Toch kiezen gemeenten hier vaak voor in hun beleid. Op basis van clustering en gebruikers kunnen echter betere alternatieven worden gevonden. Hier lees je over de methodiek die wij in opdracht van Rijksdienst Cultureel Erfgoed ontwikkelden.

Historische binnensteden hebben vaak complexe uitdagingen

Historische binnensteden blijken vaak één van de meest uitdagende wijken om aardgasvrij te maken. De gebouwen zijn vaak onderling verschillend, en doordat het vaak dicht op elkaar is gebouwd is er weinig ruimte onder en boven de grond voor infrastructuur. Daarnaast zijn er vaak veel monumenten aanwezig die vaak slecht geïsoleerd zijn en maar beperkt aangepast mogen worden. Om deze redenen wordt in beleidsprogramma’s vaak de keuze gemaakt voor hernieuwbaar gas. Dit is naar verwachting in de toekomst maar zeer beperkt beschikbaar voor de gebouwde omgeving. Het Rijk roept daarom op om toewijzing van duurzaam gas in warmteprogramma’s te verminderen.

Wachten is zonde, we kunnen nú al aan de slag!

Gelukkig zijn er op veel plekken tóch kansen voor toepassing van andere technieken. Zo hoeven we niet te wachten, maar kun je als gemeente nu al aan de slag. Door nu al aan de slag te gaan mis je ook geen natuurlijke momenten om op aan te haken.

Samen met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) onderzochten wij de mogelijkheden voor aardgasvrije warmteoplossingen in historische centra. Het resultaat is een methodische aanpak om, samen met de gemeente, geschikte warmtetechnieken te selecteren voor verschillende clusters en gebruikers: een kaart met warmteoplossingen voor het centrum.

Lees meer hierover op de website van RCE

Maak gebruik van Rijksfinanciering

Met deze aanpak willen we natuurlijk door! Om het voor gemeenten nog aantrekkelijker te maken, en om onze aanpak nog verder te verbeteren krijgen gemeenten in 2024 50% co-financiering vanuit de RCE.

Een aantal gemeenten gingen je al voor. In samenwerking met  De Groene Grachten en Arcadis | Over Morgen zijn stadscentra van Middelburg, Maastricht en Amersfoort onderzocht.

Heb je vragen, of is de proeftuin al vol? Neem contact op met één van onze adviseurs over hoe we je kunnen helpen om jouw historische centrum aardgasvrij te maken.