Historische stadscentra aardgasvrij: een handreiking voor iedere gemeente
Veel gemeenten hebben de uitdaging om het oude stadscentrum van het aardgas te halen. In zo’n 600 TVW’s is de oplossing hiervoor nog onbekend of wordt er gekozen voor groen gas. Toch zijn er vaak ook andere mogelijkheden. In opdracht van de Rijksdienst Cultureel Erfgoed zijn we aan de slag gegaan om een handreiking te maken voor alle gemeenten in Nederland die deze uitdaging hebben.
De warmtetransitie wordt op veel plekken vooral vanuit technisch-economisch en sociaal oogpunt bekeken. Dit keer deden we dat óók vanuit de cultuur-historische component. De identiteit van een stad wordt vaak ontleend aan het stadcentrum. Aanpassingen liggen hier dan ook gevoelig: de drukte op straat, commerciële belangen door toerisme, winkels, horeca, historische waarde van panden en archeologie. Het authentieke moet dan ook behouden worden.
Toch willen we gemeenten wel de handreiking bieden om praktische aanknopingspunten te vinden. Het Rijk geeft aan dat er op te veel plekken in Nederland groen gas als duurzame warmteoplossing is toegekend. In een kamerbrief d.d. 20-7-2023 wordt benadrukt dat hernieuwbaar gas nu én in de toekomst, onvoldoende beschikbaar is voor het aardgasvrij verwarmen van gebouwen. Het is belangrijk dat beleidsmakers daar nu van op de hoogte zijn en hun transitiestrategie aanpassen. Met de handvatten die we in dit project uitwerken, laten we zien dat er ook andere duurzame mogelijkheden voor historische stadscentra zijn.
In historische binnensteden gaat het vaak om monumenten. Voor deze gebouwen zelf zijn de mogelijkheden voor verduurzaming beperkt en ingewikkeld. In Nederland zijn we geneigd om de nadruk te leggen op wat er niet kan. Wij hebben nu gekeken naar wat er wél kan, op een manier die goed past bij de historische centra en de authenticiteit behoudt.
Zo weten we bijvoorbeeld in hoe breed een straat moet zijn om een warmtenet aan te leggen, of er een tuin aanwezig is voor een eventuele plaatsing van een buitenunit van een warmtepomp en hoeveel elektriciteitshuisjes er nodig zijn voor een all-electric oplossing. In de kern betekent het dat we een stadcentrum in verschillende functionele gebieden opdelen en hier verschillende oplossingen/alternatieven op toepassen.
Historische centra kennen vaak diverse zones: er zijn bijvoorbeeld stadsvernieuwingsgebieden, parkeergarages, winkelgebieden of grote monumentale publieksfuncties te onderscheiden. Deze zones hebben elk hun specifieke oplossing qua warmtealternatief. Dit maakt het restant gebouwen, waarvoor moeilijk een alternatief te vinden is, overzichtelijker.
Dit hebben we geprojecteerd op allerlei stadscentra in Nederland en hier hebben we een rekenmodel voor gemaakt. Zo kunnen we van elk stadscentrum een eerste schets maken voor een goede duurzame warmteoplossing. Gemeenten kunnen hieruit praktisch vervolg geven om aan de slag te gaan, intern en met stakeholders. Beleid maken, informeren en organiseren.
De Rijksdienst Cultureel Erfgoed wil hiermee de discussie op gang brengen, aanknopingspunten bieden en resterende knelpunten in kaart brengen. Zo kunnen we overal aan de slag met de transitie naar aardgasvrij.